Indexbeleggen wordt populairder in Nederland. Dat is onmiskenbaar een feit, of
je het nu leuk vindt of niet.
In plaats van alles op alles te zetten om beursgraadmeters te verslaan, met
het risico om achter te blijven, nemen veel beleggers genoegen met
portefeuilles die de samenstelling van een brede marktindex weerspiegelen en
een indexrendement bieden. Onder particuliere beleggers worden de goedkopere
indexaandelen belangrijker.
Ook meerdere pensioenfondsen kiezen voor indexbeleggingen. Met een rendement
dat in de buurt ligt van de index, heb je minder uit te leggen aan de
deelnemers en toezichthouder. Je krijgt een recht-toe-rechtaan
beleggingspositie zonder franje en slimme trucjes erom heen.
Je belegt via een indexfonds bijvoorbeeld simpelweg in “Amerikaanse aandelen”
en niet in een “waardegerichte aanpaak waarbij aandelen met hoge en
versnellende winstvooruitzichten de voorkeur genieten en waarbij een
kwaltitatieve aanpak gecombineerd wordt met wetenschappelijke inzichten uit
behaviroural finance”.
En voor wie lage kosten en een beursrendement in de buurt van de index
belangrijk vindt, is indexbeleggen een goed optie voor veel onderdelen van
de beleggingsportefeuille. Maar niet alle!
Denk goed na bij obligatiefondsen
Bij obligaties is er bijvoorbeeld het merkwaardige fenomeen dat die bedrijven
of overheden met de meeste schulden, het zwaarst in de index zitten.
Het Vanguard Euro Government Bond Index fund bijvoorbeeld volgt zo
getrouw mogelijk de Barclays Capital Global Aggregate Euro Government
Bond Index. Daarin weegt Spanje momenteel mee voor 11 procent en Italië
voor 20 procent.
Alles heeft zijn prijs en de periferie van Europa kan op een gegeven moment
best een interessante belegging zijn. Maar wie zekerheid zoekt, en daar zijn
obligaties toch voor, zal toch niet gerust slapen met een derde van zijn
staatsobligatiebeleggingen in de periferie van Europa.
Ander voorbeeld: obligaties met een hoge rentes, een hele populaire
beleggingscategorie. Maar wie voor Europese high yield-obligaties een
indexfonds wil, moet lang zoeken. En ook voor high yield obligaties
uit de VS geldt dat indexbeleggingen minder presteren dan het overgrote deel
van de actieve managers.
Index werkt niet
In deze segmenten is het simpelweg niet goed mogelijk om door indexbeleggen
rendementen te behalen in de buurt van de index. De echte index heeft geen
kosten. Beleggers hebben echter te maken met weinig verhandelde obligaties
met grote verschillen tussen bied- en laatprijzen en handelskosten. En zo
zijn er meer, vooral alternatieve categorieën zoals obligaties van opkomende
markten, waar de index geen soelaas biedt.
Tenslotte, ook in segmenten waar indexbeleggen zijn niet te stuiten opmars
voortzet, zijn er twijfels of de index wel een goede belegging is. Was het
beleggen in een Europa-index die voor een derde uit financiële instellingen
bestond wel zo’n goed idee een paar jaar geleden? En is het niet zo dat de
meest gestegen, meeste gehypete en duurste ondernemingen de zwaarste
posities innemen in een index?
De belegger heeft een keuze. Of beleggen in een index, of bij een manager die
de index probeert te verslaan. Zowel de manager als de index zijn niet
perfect.
Freddy van Mulligen is portfoliomanager fondsmanagerselectie bij Syntrus
Achmea. Deze column is niet bedoeld als individueel advies tot het doen
van beleggingen.
Dit artikel is oorspronkelijk verschenen op z24.nl